
Waartoe zijn wij op aarde? Die vraag kan mijn moeder altijd direct en zonder enige twijfel beantwoorden. Het antwoord op vraag 1 van de catechismus is er vroeger bij haar, zij is 92, behoorlijk ingestampt. Ik ben uiteraard een stuk jonger, netjes katholiek opgevoed, maar het antwoord op deze vraag heb ik nooit meer hoeven te leren.
Binnen de Stichting Groene Hart stellen we ons deze vraag ook met enige regelmaat. Waartoe zijn wij op aarde? Het is altijd zoeken naar de rol die je kunt spelen in het Groene Hart. En het is ook altijd de vraag welke partijen ons die rol gunnen. De tijd dat overheden maatschappelijke belangenclubs stimuleerden (en financierden) en zo hun eigen tegenmacht organiseerden is voorbij.
De communicatierol, via de Groene Flits en via ons E-magazine, wordt door velen op prijs gesteld. Daar is eigenlijk weinig discussie over. Ondersteuning van lokale actiegroepen doen we ook. Het meedenken, meepraten, inspreken en bezwaren maken moet wel echt lokaal gebeuren. Onze derde rol, beleidsbeïnvloeding, zeker op landelijk niveau, wordt steeds lastiger.
Maar bij deze overpeinzingen moest ik ook denken aan een hoogleraar bestuurskunde bij wie ik ooit college volgde. Hij vertelde dat hij eens voor het congres van een grote Nederlandse politieke bestuurderspartij moest spreken. Een partij die bekend staat om het feit dat zij altijd veel macht wil toekennen aan de staat (dan weet u het wel). Nou schreef die hoogleraar boeken met titels als ‘De lege staat’ en ‘De fatale staat’. Dus zijn speech moest wel tot enige commotie leiden. Toen de partijprominenten c.q. bestuurders op de voorste rij aan hem vroegen, nadat hij weer eens beweerd had dat de staat een zeer terughoudende rol moest spelen: “Maar waartoe zijn wij dan op aarde?” antwoordde hij: ”Nur das bloβe Dasein genügt”. De stoom kwam uit hun oren, aldus de hoogleraar.
Waar brengt ons dit? We kunnen ons wel voortdurend afvragen waartoe we als Stichting Groene Hart op aarde zijn. Het zekere antwoord dat op dit soort vragen ‘vroeger’ mogelijk was, is er niet meer. Maar is het misschien zo dat het simpele feit dat we er zijn, dat er een club is die naar het héle Groene Hart binnen de stedenring kijkt, genoeg is? Dat ‘men’ weet dat er ook over gemeentegrenzen en provinciegrenzen heen meegedacht en gekeken wordt. Misschien is dat inderdaad wel genoeg.
Nur das bloβe Dasein genügt.
Met vriendelijke groet
Thijs Cuijpers
bestuurslid Stichting Groene Hart
Zoals altijd bij de column: reacties zijn welkom via info@groenehart.info.