De klimaatadaptie en energietransitie stellen ook het Groene Hart voor een grote opgave. Het concreet invullen van die opgave in de komende decennia zal zonder twijfel ook leiden tot veranderingen in het beeld van het Groene Hart. De discussie spitst zich nu zeer toe op het plaatsen en benutten van zonnepanelen en windmolens. Die zijn een relevant onderdeel van de oplossing, maar de opgave is alleen te volbrengen als ook andere aspecten, als besparing, geothermie, warmtewisseling, innovatie in opslag, transport en infrastructuur grote aandacht krijgen.
Bij de invulling van de energieopgave raken twee belangrijke ontwikkelingen elkaar rechtstreeks: de ontwikkeling van zonne-energie en de transitie van de grondgebonden land- en tuinbouw.
De Stichting Groene Hart is voorstander van een grotere benutting van wind- en zonne-energie in het Groene Hart, maar dan wel uiterst doordacht en weloverwogen.
Urgenda heeft het Actieplan 2030 opgesteld, op basis van het Energietransitiemodel van Quinte. Daaruit blijkt zonneklaar dat plaatsing van zonnepanelen op bestaande en geschikte gebouwen voldoende is om het nagestreefde percentage door zon opgewekte energie te halen,
zie https://www.youtube.com/watch?v=Vb0rex8IntE.
Vlakdekkende zonnepanelen op land hebben in het Groene Hart vrijwel overal een grote landschappelijke impact, die onnodig afbreuk doet aan het landelijk karakter van het groene deel van het Groene Hart.
Er is een tweede belangrijke overweging om tegen plaatsing van zonnepanelen op boerenland te zijn. De transitie van de landbouw die gaande is, zal de behoefte aan grond doen toenemen. Extensivering en andere vormen van grondgebruik zullen alle hectaren nodig maken; ook al omdat vanwege toenemende rode functies de beschikbare oppervlakte zal teruglopen. Dit geluid komt gelukkig ook steeds vaker uit boerenkring, zoals van LTO-Utrecht en van Jaap Schep uit de Krimpenerwaard.
De Stichting Groene Hart is van mening dat zonnepanelen op boerenland (en in natuurgebieden) niet nodig en ongewenst zijn. Er moet veel meer druk worden gezet op het benutten van de beschikbare bebouwde oppervlakte voor zonnepanelen en op het verbreden van energieagenda.
Chris Kalden, voorzitter