“Nederland is een gedecentraliseerde eenheidsstaat,” met die woorden begon Roel in ’t Veld in 1989 het college Public Management aan de MBA-opleiding van de Rotterdam School of Management (EUR), waar ik in die jaren studeerde. Een open deur, maar wel eentje die niet vaak genoeg open getrapt kan worden: in ons land staan de overheden niet boven, maar naast elkaar, iets dat rechtstreeks te herleiden is tot de geschiedenis van de Republiek waar de steden de dienst uitmaakten. Lokale autonomie zit in ons DNA.
Voor een groen, open, waterrijk en relatief rustig gebied midden in één van de dichtst bevolkte metropolen van de wereld, het Groene Hart, betekent dit dat anno 2024 zo’n dertig gemeentes, drie provincies, vijf waterschappen, het Rijk en de Europese Overheid daar iets over te zeggen hebben.
Al vanaf het moment dat de planologen in de jaren ’50 het Groene Hart als een te beschermen gebied introduceerden, worden daarom ‘versnippering en complexiteit’ beschouwd als hét probleem dat moet worden opgelost om het Groene Hart te behouden. Visies, nota’s, pacten, programma’s en stuurgroepen, allemaal verschillende pogingen om hetzelfde te bereiken: meer afstemming, meer regie en meer centrale sturing.
Maar als dat al meer dan zeventig jaar niet lukt, wordt het dan niet eens tijd om te erkennen dat dat misschien ook niet kan? Dat je een keer op moet willen houden met de symboolpolitiek om elke nieuwe generatie bestuurders hun handtekening te laten zetten op een groot ‘foamboard’ om zo een eensgezinde daadkracht te laten uitstralen die niet veel meer inhoud heeft dan de beroemde kleren van de keizer?
Op dezelfde opleiding in Rotterdam leerde ik, dat als de afstemming tussen autonome organisaties niet werkt, je dat nooit oplost door er een organisatie boven of naast te zetten: je creëert dan alleen maar een extra partij, die je ook nog eens gemakkelijk de schuld kunt geven als de samenwerking dan weer niet lukt…
Wat je wel kunt en moet doen, is de partijen van alle overheidslagen uitnodigen om met elkaar in gesprek te gaan om zo te ontdekken waar hun eigen belangen en ambities samen vallen met die van de anderen. En hen vervolgens de kans bieden om zelf de verantwoordelijkheid te nemen daar iets aan te gaan bijdragen. Zodat zij uit eigen beweging en vanuit eigen belang gaan bijdragen aan het sterker maken van hun gezamenlijke belang: een levensvatbare, duurzame en kwalitatief hoogstaande groende leefomgeving voor alle acht miljoenen inwoners van de Randstad.
Zo wordt je niet afgeleid door het probleem, maar gebruik je de kracht van de gedecentraliseerde eenheidsstaat. En krijg je echt een Pact dat altijd kan rekenen op voldoende draagvlak: ze hebben immers zelf aangegeven wat ze gaan bijdragen aan de ook door hen opgestelde collectieve ambitie.
Eric Spaans, 20 mei 2024
Bestuurslid Stichting Groene Hart
Zoals altijd bij de column: reacties zijn welkom via info@groenehart.info.